aanpassingsvermogen

Een klacht. In natuurseries op National Geographic en de BBC wordt steeds maar weer verteld dat paarden, varkens, schapen, honden, katten, ratten, vogels, apen, slangen en alle vissen zo’n groot aanpassingsvermogen hebben. U moet er maar eens op letten. Ze komen geen gnoe of kariboe of klein rotkevertje tegen of ze zeggen dat hij zo’n groot aanpassingsvermogen heeft.
Ik zou zeggen: dat is logisch, want het leeft, dus heeft het zich aan te passen. Ik zou het er verder ook niet meer over hebben.
Als je bij het leger (of bij de politie) gaat solliciteren, vragen ze je of je wel flexibel bent en aanpassingsvermogen bezit. Je moet dan gewoon ja zeggen, want waarom zou je anders zijn dan de rest van de mensheid. Je moet in zulke gevallen niet zeggen: ‘Ik ben een homo sapiens, dus heb ik dat meegekregen.’ Want ze zoeken ietwat dommige mensen.